akoestisch

Dutch

Etymology

(This etymology is missing or incomplete. Please add to it, or discuss it at the Etymology scriptorium.)

Pronunciation

• IPA^(key): /ˌaːˈkus.tis/

• Audio

  (file)

• Hyphenation: akoes‧tisch

Adjective

akoestisch (comparative akoestischer, superlative meest akoestisch or akoestischt)

1. acoustic, acoustical

Inflection

Inflection of akoestisch
uninflected	akoestisch
inflected	akoestische
comparative	akoestischer
		positive	comparative	superlative
predicative/adverbial		akoestisch	akoestischer	het akoestischt het akoestischte
indefinite	m./f. sing.	akoestische	akoestischere	akoestischte
	n. sing.	akoestisch	akoestischer	akoestischte
	plural	akoestische	akoestischere	akoestischte
definite		akoestische	akoestischere	akoestischte
partitive		akoestisch	akoestischers	—

Derived terms

• akoestische gitaar

Related terms

• akoestiek