kansspel
Jump to navigation
Jump to search
Dutch[edit]
Etymology[edit]
kans (“chance”) + spel (“game”)
Pronunciation[edit]
Audio (file) - Hyphenation: kans‧spel
Noun[edit]
kansspel n (plural kansspelen, diminutive kansspelletje n)
- A game of chance, entirely depending on luck
- De lotto en automaten waarbij handigheid geen rol speelt zijn kansspelen
- A gamble, a risky business
- Beleggen zonder kennis van zaken is een kansspel
- Investing without insight is a gamble
- Beleggen zonder kennis van zaken is een kansspel
Synonyms[edit]
Antonyms[edit]
- (antonym(s) of “gamble”): berekening