ontdekking

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch[edit]

Etymology[edit]

From ontdekken +‎ -ing.

Pronunciation[edit]

  • IPA(key): /ɔnˈdɛkɪŋ/
  • (file)
  • Hyphenation: ont‧dek‧king

Noun[edit]

ontdekking f (plural ontdekkingen, diminutive ontdekkinkje n)

  1. discovery
    De ontdekkingsreiziger deed een opmerkelijke ontdekking in het onbekende gebied.
    The explorer made a remarkable discovery in the uncharted territory.
    De wetenschappers deden een baanbrekende ontdekking op het gebied van geneeskunde.
    The scientists made a groundbreaking discovery in the field of medicine.
    De archeologen deden een belangrijke ontdekking in de oude ruïnes.
    The archaeologists made an important discovery in the ancient ruins.

Derived terms[edit]