paradijsachtig

Dutch

Etymology

From paradijs (“paradise”) +‎ -achtig (“-like”).

Pronunciation

• IPA^(key): /paː.raːˈdɛi̯sˌɑx.təx/

• Audio:

  (file)

• Hyphenation: pa‧ra‧dijs‧ach‧tig

Adjective

paradijsachtig (comparative paradijsachtiger, superlative paradijsachtigst)

1. paradisaical, similar to paradise

Inflection

Declension of paradijsachtig
uninflected	paradijsachtig
inflected	paradijsachtige
comparative	paradijsachtiger
		positive	comparative	superlative
predicative/adverbial		paradijsachtig	paradijsachtiger	het paradijsachtigst het paradijsachtigste
indefinite	m./f. sing.	paradijsachtige	paradijsachtigere	paradijsachtigste
	n. sing.	paradijsachtig	paradijsachtiger	paradijsachtigste
	plural	paradijsachtige	paradijsachtigere	paradijsachtigste
definite		paradijsachtige	paradijsachtigere	paradijsachtigste
partitive		paradijsachtigs	paradijsachtigers	—

Synonyms

• paradijselijk