voorgelegd

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch[edit]

Pronunciation[edit]

  • (file)
  • Hyphenation: voor‧ge‧legd

Participle[edit]

voorgelegd

  1. past participle of voorleggen

Declension[edit]

Declension of voorgelegd
uninflected voorgelegd
inflected voorgelegde
positive
predicative/adverbial voorgelegd
indefinite m./f. sing. voorgelegde
n. sing. voorgelegd
plural voorgelegde
definite voorgelegde
partitive voorgelegds